Lezingen: Jesaja 42, 1-14.  Johannes 1, 1-18
Voorganger: ds. Dick van der Vaart

Gemeente van Christus,

Zoals ik al aan het begin van deze dienst zei wil ik vanmorgen met u nadenken over “het Christusmysterie”. En hierbij denken we natuurlijk in de eerste plaats aan Jezus Christus maar vanmorgen zou ik u willen laten zien dat het Christusmysterie nog groter is dan Jezus Christus.

We hoorden bij de Schriftlezing die bekende woorden uit het begin van het evangelie van Johannes:

“In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God…..Alles is erdoor ontstaan en zonder dit is niets ontstaan van wat bestaat. In het Woord was leven en het leven was het licht voor de mensen.”

Bij deze woorden denken we aan de schepping.

En verderop staat er dan:

“Het Woord is mens geworden en heeft bij ons gewoond vol van goedheid en waarheid en wij hebben zijn grootheid gezien, de grootheid van de enige Zoon van de Vader.”

Bij deze woorden denken we aan de incarnatie: dat betekent letterlijk “vleeswording”.

In de NBG-vertaling stond altijd dat het woord “vlees” geworden is. Omdat dit niet zo mooi klinkt hebben de bijbelvertalers er “het woord is mens geworden” van gemaakt. Dat klinkt ook mooier maar het beperkt de incarnatie wel tot de mens. In het Grieks staat er “sarx” dat heeft de bredere betekenis dat het woord concreet geworden is. Het woord heeft vorm gekregen. Het is niet langer alleen maar geest maar heeft een concrete materiële vorm aangenomen. Denk aan Genesis 1: “De aarde nu was woest en ledig en de Geest Gods zweefde over de wateren”. (zonder vorm, onzichtbaar, onhoorbaar) en dan spreekt de Geest en wordt de concrete aarde met alles wat daarop leeft geschapen.

Wat Richard Rohr nu zegt in zijn boek “Christusmysterie“ is dat we schepping en vleeswording of menswording niet zo uit elkaar moeten trekken. Hij spreekt over de eerste incarnatie en de tweede incarnatie. De eerste incarnatie heeft 13,7 miljard jaar geleden plaatsgevonden met de oerknal. Daarvoor was God alleen Geest maar met de oerknal heeft hij het universum als zijn lichaam aangenomen. De onzichtbare God, de Geest van God, heeft Zichzelf zichtbaar gemaakt in de schepping van het universum. De Geest van God heeft zich liefdevol verenigd met het universum. En deze liefdevolle aanwezigheid noemt Rohr “Christus”. God is op liefdevolle wijze aanwezig in materie, in planten, in dieren, in mensen, in planeten en sterren. God is de ziel van alles wat is.

Op grond hiervan noemt Rohr de schepping ook de eerste bijbel. Deze bestond al miljarden jaren voordat de tweede bijbel, onze Heilige Schrift, geschreven werd.

Dit klinkt revolutionair maar zo staat het ook al in de Nederlandse Geloofsbelijdenis die in 1561 geschreven werd. Artikel 2 van deze belijdenis gaat over de vraag hoe wij God kennen. Als antwoord wordt gegeven:

“Wij kennen Hem door twee middelen.

Ten eerste door de schepping, onderhouding en regering van de gehele wereld. Want deze is voor onze ogen als een prachtig boek, waarin alle schepselen, groot en klein, de letters zijn, die ons te aanschouwen geven wat van God niet gezien kan worden, namelijk zijn eeuwige kracht een goddelijkheid.

Ten tweede maakt Hij Zichzelf nog duidelijker en volkomener aan ons bekend door Zijn heilig en goddelijke Woord (de bijbel).

Dat de schepping gezien kan worden als eerste bijbel, daarin stemmen Richard Rohr en de Nederlandse geloofsbelijdenis overeen. Het verschil is dat Richard Rohr het universum als lichaam van God, als bezield door God ziet. God is werkelijk in de schepping aanwezig.

De schepping is de eerste incarnatie. De tweede incarnatie is de menswording van God in Jezus. Rohr zegt niet dat Jezus uit de hemel neerdaalde naar de aarde maar ziet het veeleer zo dat Jezus opkwam uit de aarde die door God bezield wordt. Jezus ontplooit zich als een bloem in het licht van de zon. Hij komt voort uit een ontwikkelingsproces van 13,6 miljard jaar. Dertien komma zes miljard jaar geleden nam God het lichaam van het universum aan. Langzaam ontwikkelde zich toen uit materie, planten, dieren: de mensheid. En het hoogtepunt van deze ontwikkeling was Jezus. Uit Gods liefdevolle eenwording met het universum die “Christus“ genoemd wordt, wordt een mens geboren in wie God zich zo ten volle kan ontplooien dat Hij Jezus Christus genoemd kan worden. Hij is de kroon op de schepping.

Nu klinkt dit alles misschien nog een beetje abstract en theoretisch. Rohr probeert dit alles inzichtelijk en invoelbaar te maken door een citaat uit een boek van een twintigste-eeuwse mystica Caryll Houselander. Zij beschrijft wat haar op een dag overkwam:

“Ik zat in een metro, stampvol met allerlei mensen tegen elkaar aan gepropt, sommigen zittend en anderen zich vasthoudend aan de riemen en stangen – werklieden van elke soort en ambacht, die aan het einde van de dag op weg naar huis waren. Plotsklaps zag ik in mijn gedachten, maar zo levendig als op een schitterende afbeelding, Christus in al deze mensen. Maar ik zag méér dan dat; niet alleen was Christus in ieder van hen, levend in hen, stervend in hen, zich verheugend in hen, maar omdat Hij in hen was, en omdat zij hier waren, was hier ook de hele wereld zoals die op dat moment was, niet alleen alle mensen uit alle landen van de wereld, maar ook allen die in het verleden hadden geleefd en allen die nog geboren moesten worden. Ik stapte naar buiten de straat op en liep een tijdlang door de mensenmenigte. Hier was hetzelfde gaande: aan elke kant, in elke voorbijganger, overal – Christus. “

Het was niet zo dat zij in al die mensen de persoon Jezus Christus zag. Zij zaag in al de mensen Christus in de zin van de liefdevolle Aanwezigheid van God. Zij zag het goddelijke licht in al die mensen.

Op vergelijkbare wijze zagen Russische mystici Christus in een kreupele bedelaar op straat. Denk aan Matteus 25 waar Jezus zegt: ”Ik was naakt en jij hebt me gekleed. Ik had honger en jij hebt me te eten gegeven. Ik had dorst en jij gaf Me te drinken.”

Na haar ervaring in de metro zag Caryll Houselander dat dit geen droom was maar werkelijkheid.

Ze schreef ook:

“Na een paar dagen vervaagde het visioen. De mensen zagen er weer vanouds uit, er was niet langer de schok van inzicht elke keer dat ik oog in oog stond met een ander mens. Christus was weer verborgen en ik moest door de jaren die volgden daadwerkelijk naar Hem op zoek en dikwijls vond ik Hem in anderen- en meer nog in mezelf – enkel en alleen door een bewuste daad van geloof. “

Wanneer het over geloven gaat zegt Huub Oosterhuis heel mooi dat het niet een voortdurend aanschouwen is van de heerlijkheid van God maar “een zien, soms, even”.

Mystici zeggen ook wel dat het leven met God als een dans beschouwd kan worden. Wij dansen met God. En in een dans staan   de danspartners soms heel dicht bij elkaar en omarmen ze elkaar zelfs. Maar dan gaat de dans verder en zwaaien de danspartners ver uit elkaar. De leidende partner duwt de ander soms zelfs van zich af. Volgens de mystici duwt God de mens soms ook van Zich af. Niet om van de mens af te zijn, Hij blijft in de dans met hem verbonden maar om de mens in de gelegenheid te stellen om zelf in beweging te komen, om zelf een stap te zetten richting Hem. Denk dus niet wanneer God ver weg lijkt dat Hij van je af wil. Nee, het een uitnodiging om in beweging te komen, om een stap te zetten in zijn richting.

Het Christusmysterie houdt in dat God zich op liefdevolle wijze verenigd heeft met de schepping: het universum als zijn lichaam aangenomen heeft. Dit wil zeggen dat God niet alleen mens geworden is in Jezus maar ook de materie, de planten en de dieren bezield. In deze tijd van klimaatopwarming is dat een wezenlijk inzicht. Omdat we de incarnatie beperkt hebben tot Jezus, hebben we te weinig eerbied gehad voor de schepping. We hebben de aarde, de oceanen en de lucht vervuild omdat we dachten dat het levenloze objecten waren. Wanneer we de schepping gaan zien als lichaam van God, als bezield door God, dan zullen we er met eerbied en respect mee omgaan. Dan kan de schepping weer een prachtig boek worden waarin alle schepselen groot en klein, de letters zijn die ons te aanschouwen geven wat van Hem niet gezien kan worden namelijk zijn eeuwige kracht en Heerlijkheid.

Amen.