Een stiltecentrum in wijkgemeente Oost, nu in de Hoofdstraatkerk.

Een plek om even stil te worden.

Het is een plek om zich individueel te bezinnen, te bidden, stil te worden,
met een aansteekkaarsje kan een lichtje worden aangestoken.

Ook staat er één van de iconen die wijkgemeente Oost in haar bezit heeft.

 

Het stiltecentrum is onderdeel van de kerkzaal van de Hoofdstraatkerk.

Op Eeuwigheidszondag staken velen een kaarsje aan.

 

 

 

 

Iconen: ‘Het bezoek van de drie engelen’ en ‘De Wijnstok’
De protestantse wijkgemeente Hoogeveen-Oost is in het bezit van twee iconen. Ze zijn geschilderd door Wia Huisman uit Amersfoort.
Ze verbeelden ieder een eigen verhaal. Een icoon is een eenvoudige gestileerde tekening van Christus, een bijbels verhaal, een theologisch idee. In de loop der eeuwen zijn bepaalde voorstellingen vastgelegd door kerkelijke vergaderingen en deze worden door iconenschilders in elke tijd weer eigen gemaakt. Ook worden er nieuwe voorstellingen ontwikkeld. In de protestantse kerken leren we ook meer en meer de symbolische taal kennen en vinden ook iconen een plek.

Uit het tweede testament is gekozen de icoon ‘de Wijnstok’, een voorstelling uit de Grieks-orthodoxe traditie. Afmeting: 38 x45 cm. Het is gebaseerd op een van de ‘Ik ben’ woorden van Jezus uit het evangelie naar Johannes: ‘Ik ben de wijnstok en jullie zijn de ranken’ (Johannes 15). We zien een groen stukje aarde. Hierop staat een bruine boom, vast geworteld in het groen. De stevige, dikke stam vertakt zich al snel. Rond de takken dansen klimopbladeren, altijdgroen, symbool van trouw. Midden in de kruin van de boom zien we Christus. Op zijn schoot een open boek. De beide handen in typische zegengebaren. Een oranje onderkleed, een goudgele mantel, de vermengde kleuren van leven, bloed en het goddelijke. De voeten rusten op de kruisende delen van de stam van de boom, en boven zijn hoofd vormen twee ranken een amandelvorm, symbool van de eeuwige liefde. Her en der hangen druiventrossen aan de takken van de boom. De boom blijkt een wijnstruik, oftewel een wijnstok. In de middeleeuwen symboliseerde deze ook de levensboom (Openbaring 22) en tegelijk ook het kruis (vgl Met de boom des levens loodzwaar op zijn rug). Naast Christus zien we twaalf mensen, de ranken van de wijnstok. Het verbeeldt het volledig in elkaar opgaan van Jezus en zijn leerlingen, hier als de twaalf apostelen in de Byzantijnse volgorde geschilderd. Allen hebben een aureool in goudverf achter hun hoofd. Aan de rechterhand van Christus zien we Petrus (sleutel, de joods-christelijke gemeente, aan de linkerhand Paulus, de heiden-christelijke gemeente. Op de lijn daaronder de vier evangelisten Marcus, Johannes, Lucas, Mattheüs. Rechts van Christus voorts Andreas, Simon en Thomas en aan de linkerhand Jakobus, Bartholomeus en Philippus.

Uit het eerste testament is gekozen de icoon ‘Het bezoek van de drie engelen’ of de ‘heilige Drievuldigheid’. Dit is een voorstelling uit de Russisch-orthodoxe traditie. Afmeting 30×36. In tegenstelling tot andere iconen die door naamloze monniken ontwikkeld zijn, is deze icoon in de 14e eeuw door Andrej Rublew in deze vorm geschilderd. Voor de Russisch-orthodoxe kerk is dit de voorstelling die de Drie-enigheid toont.

We zien een deel van een verhaal over Abraham (Genesis 18). Op een middag ziet Abraham drie reizigers. Gastvrij ontvangt hij hen. Schotelt hen een maaltijd voor. Zo ontmoeten ze elkaar, een gesprek ontstaat. We zien drie zittende figuren rond een tafel waarop een kelk staat. Achter hen een fragment van een woning, een overhangende rots, een boom. De mensfiguren dragen engelenvleugels en hebben een reizigersstaf in de hand. In de loop van het verhaal blijkt dat Abraham niet in gesprek is met drie mensen, maar met God zelf.

In ‘t kort iets over de symboliek. In de uitleg dat God zich in Drievuldigheid aan Abraham toont, is de middelste figuur Christus, dit blijkt uit het purper en blauw van de mantel. Christus zegent de kelk die op de tafel staat, het symbool van de onvoorwaardelijke liefde van God, van de zelfovergave van Christus. De drie kijken liefdevol naar elkaar, ze zijn in gesprek, diep verbonden met elkaar.

Opvallend is ook het perspectief: het verdwijnpunt ligt bij de beschouwer, zo kunnen we deel krijgen aan het verhaal, de voorstelling, het goddelijke.

Het stiltecentrum wordt ook gebruikt als een stille plek voor wie gemeenteleden die gestorven zijn wil gedenken. Soms staat rechts op de tafel een foto van een gemeentelid dat kortgeleden gestorven is. Op de tafel ligt verder het gedenkboek van gestorven gemeenteleden. Hierin staat een kort in memoriam. Aan de muur tegenover het stiltecentrum hangt een raamwerk met haakjes waaraan een houten duifje opgehangen wordt met de naam, geboorte- en overlijdensdatum van gemeenteleden die in het lopende kerkelijke jaar gestorven zijn.

Een derde functie van deze stilteplek is het kunnen aanvragen van een voorbede. Hiervoor kan één van de briefjes gebruikt worden die in een houten bakje op de tafel liggen. Een diaken geeft de voorbede door aan de voorganger.