Preek van ds.Dick van der Vaart

 Liturg: Syts Schouten-Bouma

Lezing:
Fragmenten uit Psalm 65 en 67
Matteus 25, 14-30

Gemeente van Christus,
Samen met Zijn leerlingen zit Jezus op de Olijfberg. Ze zitten heerlijk in de zon en genieten van het mooie uitzicht en de rust. Ze genieten van de rust want Jezus wordt altijd omringd door veel mensen. Nu zijn ze even onder elkaar en kunnen ze rustig met elkaar praten. Jezus voelde dat Hij binnenkort gearresteerd zou worden en hij vreesde te zullen worden vermoord. Hij deelde deze vrees met zijn leerlingen maar zei hen ook dat ze vertrouwen moesten hebben. Dat het mogelijk was dat hij vermoord zou worden maar dat Hij geloofde dat zijn dood niet voorgoed zou zijn. Dat Hij, hoe gek het ook klonk, op de één of andere wijze zou terugkeren.

De leerlingen van Jezus vragen Hem dan wat er zou gebeuren wanneer Hij zou terugkeren. Zou het koninkrijk van God dan aanbreken?

Jezus antwoordt met de gelijkenis van de talenten die we net met elkaar gelezen hebben. In een gelijkenis wordt het ene vergeleken met het andere. De gelijkenis begint dan ook met de woorden: “Het zal zijn als met een man die op reis ging… “, hiermee bedoelde Jezus Zichzelf. Hij zou een lange reis aanvaarden. Hij zou sterven.

En Jezus zei dat de man die op reis ging zij bezit toevertrouwde aan zijn dienaren. Hiermee bedoelde Jezus zijn volgelingen.

Aan de één gaf de man vijf talenten, aan de ander twee en aan een derde één talent. Een talent was een grote hoeveelheid geld. Het stond voor 14 jaarsalarissen van een arbeider. Het gaat in de gelijkenis dus om groot geld.

 Even terzijde: ons woord “talent “in de betekenis van:
“gave, aanleg “, is afkomstig uit deze gelijkenis. Hieruit blijkt maar weer dat voor een goed begrip van de Nederlandse taal een goed bijbel kennis noodzakelijk is.

De man die vijf talenten ontving ondernam actie, ging handeldrijven en verdiende er vijf talenten bij. De man die twee talenten ontving, verdiende er ook twee bij. Maar de man die één talent ontvangen had, besloot het geld van zijn heer te begraven. Hiermee deed de laatste man geen kwaad. In de geschriften van de rabbijnen werd het begraven van kostbaar goed dat iemand in bewaring gegeven werd juist aanbevolen als zorgvuldig handelen.

En dan lezen we “Na lange tijd keerde de heer van die dienaren terug en vroeg hun rekenschap. “ Mattheus schreef zijn evangelie ongeveer 70 jaar na de dood en opstanding van Jezus. Vlak na Jezus’ dood en opstanding leefde men in een roes. En men leefde in de blijde verwachting dat Jezus snel zou terugkeren. Maar nu waren er al 70 jaren verstreken en Hij was er nog niet. Het duurde wel lang! En daarom schrijft Mattheus: “na lange tijd keerde de heer terug . “

“Hij vroeg rekenschap aan zijn dienaren “,staat er. Dat klinkt mij niet sympathiek in de oren. Dat klinkt wat dreigend. En dreigende taal hoort niet thuis in het evangelie. Ik vraag me af of het niet anders vertaald kan worden.

De man die vijf talenten ontvangen had zegt: “Heer u hebt mij vijf talent in beheer gegeven en ik heb er vijf bij verdiend. “Je bent een goede en betrouwbare dienaar! “, zegt de heer. Wees welkom bij het feestmaal. Bij de man die twee talenten ontvangen had gaat het net zo. Maar de man die maar één talent ontvangen heeft zei: “Heer, ik wist van u dat u streng bent, dat u maait waar u niet hebt gezaaid en oogst waar u niet hebt geplant en uit angst heb ik uw talent begraven, alstublieft, hier hebt u het terug.”

“Je bent een slechte en een laffe dienaar! “, antwoordt de heer. “Had mijn geld dan bij de bank in bewaring gegeven dan zou ik bij terugkomst mijn kapitaal met rente ontvangen hebben! “En dan wendt hij zich tot de omstanders en zegt: “Pak hem dat talent af en geef het aan de man die er tien heeft. Want wie heeft zal nog meer krijgen. En gooi die nutteloze dienaar eruit! “

Ik hou niet zo van deze gelijkenis. De sfeer die het oproept is toch een beetje bedreigend. Dat kan toch de bedoeling niet zijn. God is liefde en liefde drijft alle vrees uit. De schoonheid van de gelijkenis ligt niet aan de oppervlakte maar wanneer je dat dreigende laagje eraf schraapt komt toch iets moois tevoorschijn.

Wat bedoelde Jezus met de talenten die Hij aan de dienaars toevertrouwde? Dat zijn niet de talenten van de dienaars. Dat zijn niet hun gaven. Dat zijn niet de dingen waar zij goed in zijn. Nee, de talenten zijn de vruchten van de Heilige Geest: liefde, vreugde, vrede, vriendelijkheid, goedheid, zachtmoedigheid, rechtvaardigheid en het opnemen voor de vreemdeling, de weduwe en de wees.

Het goede nieuws is dat wij die vruchten van de Geest niet door eigen inspanning kunnen verkrijgen. Die vruchten moeten groeien in ons. De beeldspraak van het groeien is veelzeggend. Wanneer je gras gezaaid hebt, dan moet je wachten op zon, wind en regen. Je moet wachten tot het zaad ontkiemt en wanneer dat gebeurt moet je nog meer geduld opbrengen: je kunt het gras niet uit de kiem trekken om de groei te versnellen.

Zo is het ook met de vruchten van de Heilige Geest die in ons kunnen groeien. Die kunnen wij er niet uittrekken. De groei kunnen we niet versnellen. We moeten geduld hebben en wachten op de regen van de doop, de zon van Gods liefde en de wind van de Heilige Geest die voor de groei moeten zorgen. Het evangelie spreekt ons niet aan op het niveau van de wil maar op het niveau van de ziel.

Jezus vertrouwt ons de vruchten van de Heilige Geest toe. Hoe doet Hij dat? Door Zichzelf, door ons voor te leven hoe Hij leefde. Door ons voor te leven hoe hij leefde in liefdevolle verbondenheid met God.

Wij worden met een ego. Wij worden geboren als egocentrische mensen. Let wel: egocentrisch is niet egoïstisch. In het laatste zit een negatieve veroordeling. Ons egocentrisme is een gave van God. Dankzij ons egocentrisme overleven wij. Toen we hulpeloze baby’s waren en we honger kregen zette ons ego ons aan tot huilen waardoor onze moeder kwam om ons te voeden. Ons ego, ons egocentrisme hielp ons overleven. Toen we kleuter waren, al konden lopen en in principe ver weg hadden kunnen lopen, bleven we toch dicht bij onze moeder, we werden bang als we haar niet meer zagen, ons ego, ons ego werd bang en hielp ons overleven, op school spanden we ons in omdat ons ego wist dat we later zelf voor onze overleving in de samenleving zouden moeten zorgen, we zouden zelf ons brood, kleding en een dak boven ons hoofd moeten verdienen. Ons egocentrisme zorgde ervoor dat we een plaats in de samenleving kregen.

Dat egocentrisme is en gave van God maar ons ego wordt gekenmerkt door angst. Angst in dienst van de overleving maar toch angst.

Wat is nu het talent dat Jezus ons toevertrouwt? Wat heeft hij ons voorgeleefd? Jezus leeft ons voor hoe wij ons angstige ego kunnen toevertrouwen aan God. Jezus Zelf had zijn ego toevertrouwd aan God. Tijdens zijn leven leerde Hij zich meer en meer toevertrouwen aan God, tot het moment dat hij dat volledig kon en uitriep aan het kruis: “ In Uw handen beveel ik mijn geest ! “ Jezus leefde voor hoe een mens van angst tot overgave kan komen.

Dat is ook de betekenis van Jezus die over het water liep. Het donkere, diepe water waarin je kopje onder kunt gaan roept natuurlijk angst op, is het symbool van angst. Jezus loopt over het water. Hij vertrouwt erop dat het water Hem zal dragen. Petrus stapt uit de boot. Hij kijkt naar Jezus die vol vertrouwen op het water staat. Maar dan wendt hij zijn blik van Jezus af, kijkt naar beneden, ziet de donkere waterdiepte, wordt bang en zinkt weg. Gelukkig grijpt Jezus zijn hand.

Jezus, voorbeeld kan ons leren te vertrouwen op God. We hoeven dan niet meer angstig om onszelf heen te cirkelen. We hoeven niet alleen meer bezig te zijn met overleven. Ons ego kan zich wat ontspannen. We kunnen opgelucht ademhalen.  Er kan ruimte komen voor God en medemensen. We krijgen de God en de medemens in het oog. We worden geraakt door wat onze medemensen overkomt. We zien hun vreugde en zijn blij met wie blij zijn. We zien hun verdriet en treuren met hen die treuren. Dat raakt ons. We worden innerlijk gemotiveerd om hen te helpen. Niet het gebod dat van buiten klinkt : Heb uw naaste lief   maar ons spontane gevoel motiveert ons de medemens te helpen en met hem of haar blij te zijn.

Het talent dat Jezus ons toevertrouwt is het talent van zijn voorbeeld hoe een mens vanuit de angst tot vertrouwen kan komen en vanuit een angstig rondcirkelen rond zichzelf kan komen open te staan voor God en medemens.

Hoe zien wij dit in de gelijkenis?
Tegen de dienaren die hun talenten verdubbeld hebben zegt Jezus: “Je bent een goede en een betrouwbare dienaar. Het woord “betrouwbare “ is een vertaling van het Griekse woord “pistis“ dat dikwijls als “ geloof  “ vertaald wordt maar dat beter als “vertrouwen “ vertaald kan worden. “Ik geloof in God “ betekent : “Ik vertrouw mij toe aan God. “De twee dienaren die de talenten die hen toevertrouwd waren verdubbelden, vertrouwden zich toe aan God. Hun ego ontspande zich. In hen konden de vruchten van de Geest gaan groeien in het licht en de warmte van de zon van God, bevloeid door het water van de doop en in de wind van de Heilige Geest.

De man die de talenten die aan hem waren toevertrouwde begroef in de zon was bang voor zijn heer. Hij bleef gebonden aan de angst. Hij bleef gebonden aan zijn ego. Hij durfde zich niet toevertrouwen aan God. Maar dan ontstaat er gen ruimte voor de groei van de vruchten van de Geest. Dan kun je de zon van Gods liefde niet voelen. Dan kun je de wind van de Heilige Geest niet door je waaien.

Mattheus eindigt de gelijkenis met een dreiging. Hij laat de heer zeggen tegen de dienaars: “Die nutteloze dienaar, gooi die eruit. In de uiterste duisternis, waar men jammert en knarsetand.” Ik zeg heel duidelijk dat Mattheus de gelijkenis op deze dreigende manier laat eindigen. Ik heb God leren kennen als een God van liefde. In de evangeliën lees ik hoe liefdevol Jezus met mensen omgaat. Jezus kan zulke dreigende taal niet gesproken hebben. En het past ook helemaal niet bij de inhoud van de gelijkenis die juist gaat over de overgang van angst naar vertrouwen. Dat bereik je niet door dreiging. Dreiging roept alleen maar meer angst op.

Gemeente:

Liefde verdrijft iedere vrees. God is liefde. Vertrouw u toe aan Hem zodat de vruchten van de Geest in u kunnen gaan groeien.

Amen.