Voorganger ds. Dick van der Vaart

Lezing: Deuteronomium 30: 11-20

Gemeente van Christus,

Vorige week zondag vierden de Joden Jom Kipur, Grote verzoendag. Daarmee wordt een periode van inkeer en troost afgesloten die begon op 10 augustus Rosjhasjana, het Joodse nieuwjaar.

Tijdens het jaar lezen de Joden de boeken van Mozes, de eerste vijf boeken van de bijbel. Daarna beginnen ze op nieuwjaarsdag weer opnieuw bij Genesis 1.

De lezing van vanmorgen uit Deuteronomium is één van de laatste lezingen in het Joodse leesrooster. Het volk is veertig jaar door de woestijn gereisd en staat op het punt het beloofde binnen te gaan. Voor ze het land binnentrekken houdt Mozes ze dan nog één keer de leefregels voor het beloofde land voor. De leefregels die hen een leven in vrijheid kan schenken. De leefregels die kunnen voorkomen dat het beloofde land in een Tweede Egypte veranderd. De leefregels die kunnen voorkomen dat de Israëlieten in slavenhouders veranderen.

Mozes houdt hen voor: “De geboden die ik u vandaag heb gegeven zijn niet te zwaar voor u en liggen niet buiten uw bereik. Ze liggen niet in de hemel dus u hoeft niet te zeggen: “Wie stijgt op naar de hemel om ze daar te halen en ze ons bekend te maken, zodat wij ernaar kunnen handelen? Ook zijn ze niet aan de overkant van de zee, dus u hoeft niet te zeggen: “Wie steekt de zee voor ons over om ze daar te halen? “Nee, die geboden zijn heel dichtbij, u kunt ze in u opnemen en ze u eigen maken, u kunt ze volbrengen. “

U hoort het. De Joodse mensvisie is veel optimistischer dan de Protestantse. De Joden menen dat in de mens een neiging ten goede is en een neiging ten kwade. Heel realistisch zien de joden onder ogen dat er in de mens een neiging ten kwade is. Maar ze zien vooral ook de neiging ten goede. Met een beetje goede wil kan de mens goed doen. En doe je toch kwaad dan kun je je zonden belijden, berouw tonen, vergeving ontvangen en omkeren op de verkeerde weg die je gegaan bent. Wij Protestanten hebben dikwijls een veel pessimistischer mensbeeld. In de Heidelbergse Catechismus staat dat we geneigd zijn tot het kwade en onbekwaam tot enig goed. Tenminste dat denken we dat dit er staat. Het staat er ook wel maar lezen we daar een punt terwijl er een komma staat. Achter de komma staat: tenzij we worden geboren uit de Heilige Geest. Dat verandert natuurlijk alles. Wat een pessimistisch mensbeeld leek te zijn is in feite een heel optimistisch mensbeeld. Wanneer we geboren worden uit de Heilige Geest kunnen we de vruchten van de Geest voortbrengen: liefde, zachtmoedigheid, vrede, vriendelijkheid noem maar op.

Mozes gaf het volk nog één keer de leefregels voor het leven in het beloofde land. De kerk heeft hier lange tijd niet veel van begrepen. Dat komt omdat Jezus nogal eens kritiek had op de weinig flexibele wijze waarop de Farizeeën met deze leefregels omgingen. Hun bedoelingen waren goed, ze wilden het volk bij de God van Israël houden op het moment dat zij door de Romeinse bezetting hun geloof dreigden te verliezen. Ze probeerden de wet zo goed mogelijk na te leven. Maar ze probeerden dit zo goed dat de wet doel in zich werd en ze uit het oog verloren dat de leefregels er voor de mens waren i.p.v dat de mens er voor de leefregels zou zijn.

Jezus had geen kritiek op de leefregels maar op een verkeerde omgang ermee. In de kerk is men gaan denken dat de wijze waarop de Farizeeën met de wet omgingen kenmerkend was voor het Joodse geloof. Dit terwijl Jezus expliciet gezegd heeft dat er wat Hem betreft geen jota of tittel van de wet, geen punt of komma, afgeschaft hoefde te worden.

Christenen denken ook vaak dat de Joden zich aan veel meer regels moesten houden dan zij zelf. Maar ze vergeten daarbij dat de Thora en de uitwerking ervan in principe heel het leven in het beloofd land regelen. Er was geen onderscheid tussen religieuze regels en niet – religieuze regels. Regels met het oog op de volksgezondheid b.v. reinigingswetten en de spijwetten stonden in een religieus kader. Vertaald naar onze tijd zou dat betekenen dat wij op zondagmorgen de schijf van vijf als religieuze spijswet zouden aanbevelen. En ook onze dagelijkse douche als een goddelijk gebod zouden zien. En bovendien elkaar de verkeersregels zouden voorhouden. Zo krijg je natuurlijk een enorme hoeveelheid regels. Maar feit is dat wij ons aan al die regels houden en de totaliteit van die regels niet kleiner is dan de totaliteit van de regels die we vinden in de Thora en in de latere Joodse geschriften de Misnja en de Talmoed.

Het is dus een groot misverstand dat Joden zich aan veel meer regels moeten houden dan christenen en dat het kenmerkend zou zijn voor de Joodse godsdienst dat de leefregels doel in zich zijn.

De leefregels van de Thora willen een voor het volk vrij leven in het beloofde land mogelijk maken. Ze willen voorkomen dat het in een tweede Egypte veranderd én ze regelen veel zaken die wij in onze burgerlijke wetboeken hebben staan. En onze wetboeken zijn heel dik!

Natuurlijk zijn er in het Jodendom regels waarvan wij vreemd opkijken. Zo mogen joden op de Sabbat geen licht aansteken. Want op Sabbat mag je niet werken. En het indrukken van het lichtknopje wordt als werken gezien. Zitten ze dan in het donker op sabbat? Nee want ze mogen hun niet-joodse buren vragen om het licht voor hen aan te doen. De niet-joodse buurman mag immers wel werken op sabbat. Is dat hypocriet? Nee.

Wij zien in onze samenleving hoe de zondagsrust in rap tempo aan het verdwijnen is. Er is steeds minder verschil tussen de zondag en de andere dagen van de week. Het gevolg is een verlies van rust. Mensen gaan gejaagd door het leven.

Door het sabbatsgebod serieus te nemen voorkomen de joden dat ze een gejaagd leven gaan leiden. Door het sabbatsgebod niet bloedserieus te nemen maar de buurman te vragen het licht voor hen aan te steken, blijft het leven leefbaar.

Joden nemen praktische regels heel serieus. Ze zijn gericht op de praktijk op het handelen. En handelen is altijd concreet. Wij christenen zijn minder gericht op concrete regels en op concreet handelen. Wij zeggen het gaat niet om de regels van de wet maar om de gezindheid van de wet. De samenvatting van de wet is liefde. Heb God lief boven alles en de naaste als jezelf. Wanneer je dat weet hoef je niet meer na te denken over concrete leefregels. We weten in de kerk wel dat gastvrijheid een belangrijke leefregel is in de bijbel maar we discussiëren niet over de vraag hoe we die gastvrijheid dan daadwerkelijk in de praktijk kunnen brengen b.v. of we kinderen uit Griekenland op zouden kunnen vangen in Nederland. Van de Joden kunnen we leren minder te denken in algemene termen als liefde en gastvrijheid, vriendelijkheid en ons meer te focussen op hoe we deze in de praktijk zouden kunnen brengen. Maar zonder daarbij meteen heel moralistisch met het vingertje naar anderen te gaan wijzen of zelf schuldgevoelens te krijgen over onze tekortkomingen.

De leefregels van God gaan ergens over. Ze gaan over het leven in het beloofde land. Ze gaan over het leven in het Koninkrijk van God. Ze gaan over de toekomst van onze aarde. Mozes roept het volk Israël toe:

“Besef goed vandaag stel ik u voor de keuze tussen voorspoed en tegenspoed, tussen leven en dood. Wanneer u zich houdt aan de geboden van de Heer, uw God, zoals ik ze u heden gegeven heb door Hem lief te hebben, door de weg te volgen die hij wijst en Zijn geboden, wetten en regels daadwerkelijk in acht te nemen dan zult u in leven blijven en in aantal toenemen en dan zal de Heer uw God u zegenen in het land dat u in bezit zult nemen.“

Er staat iets op het spel het leven in het beloofde land, het leven in het Koninkrijk van God d.w.z. dat wereldwijde rijk van vrede en recht en welvaart voor iedereen. Er staat iets op het spel: de toekomst van de aarde en onze kinderen. Eén van de geboden van de Thora, het gebod dat Adam en Eva al van God meekregen luidt: “Bewerk en bewaar de aarde. “Het bewerken hebben we gedaan. In deze tijd komt het op bewaren aan. De kerk moet zich sterk gaan maken voor het bewaren van Gods schepping, onze planeet, het leven op aarde.

Mozes roept ons ertoe op:

“Ik roep vandaag hemel en aarde als getuigen op. U staat voor een keuze tussen leven en dood, tussen zegen en vloek. Kies voor het leven, voor uw eigen toekomst en voor die van uw kinderen dan zult u lang blijven wonen in het land dat Hij uw voorouders Abraham, Isaak en Jakob onder ede beloofd heeft: het koninkrijk van God hier op deze prachtige aarde.

Amen,